Aantal personen: 4


  • Ingrediënten

    • 2-3 struikjes witlof
    • 2 sneetjes bruinbrood
    • 25 gr boter
    • 24 oesters
    • 75 gr bloem
    • 50 gr boter
    • 2 eetlepels citroensap
    • 24 takjes kervel
    • 12 theelepels Kaviaar
    • Voor de dressing:
    • 3 eetlepels notenolie
    • 1 eetlepel wijnazijn
    • 1 eetlepel frambozenazijn
    • 1 theelepel mosterd
    • Zout
    • Versgemalen peper


  • Bereiding:

    • Haal 24 van de buitenste bladen van het witlof, was deze zorgvuldig en maak ze met een schone doek droog
    • Snijd de rest van het witlof in een fijne julienne en was en droog deze eveneens
    • Verwijder de korsten van het brood, snijd de sneetjes in kleine dobbelsteentjes en bak die in wat boter mooi bruin
    • Roer alle voor de dressing bestemde ingrediënten door elkaar
    • Haal de hele blaadjes witlof door de dressing, giet de resterende dressing daarna over de witlofjulienne en schep enkele malen goed om
    • Steek de oesters open, neem ze uit de schelp en droog er voorzichtig 12 met een stukje keukenpapier
    • Wentel de droge oesters door de bloem en bak ze in de boter aan weerszijde snel bruin
    • Blus de boter met citroensap af en geef de oesters een draai van de pepermolen
    • Beleg 4 borden met een ster van 6 witlofbladen, leg de julienne in het midden en leg tussen de bladen aan de rand van het bord een takje kervel
    • Leg de oesters om en om, een rauwe en een gebakken, op de witlofbladen
    • Verdeel dobbelsteentjes brood over de witlofjulienne en garneer elke rauwe oester met een theelepeltje kaviaar